Volwassenen met Emotieregulatiestoornis / Borderline

Afkorting: ERS of Borderline

Omschrijving: Mensen met een emotieregulatiestoornis, ook wel bekend als een borderline persoonlijkheidsstoornis, is één van de in de                      DSM-5 genoemde persoonlijkheidsstoornissen. Geen twee borderline patiënten zijn hetzelfde. Er zijn gradaties, van zeer leefbaar tot zeer heftig.

De stoornis is gekenmerkt door abnormaal gedrag dat zich uit in instabiele relaties, een instabiel zelfbeeld (vaak laag zelfbeeld) en hevige stemmingswisselingen. Er kan sprake zijn van een sterke angst om verlaten te worden, een gevoel van leegte, impulsief gedrag en neiging tot zelfbeschadigend gedrag (automutilatie, bijvoorbeeld zichzelf bewust snijden of branden). Provocerend gedrag vertonen bij onzekerheid. Neiging tot extreme (voor)oordelen. Bijvoorbeeld: in relaties met vrienden en/of partner is het vaak alles of niets – de ene dag is de band zeer sterk, de andere dag wordt de ander helemaal niet meer vertrouwd. Ook hebben mensen met borderline in veel gevallen last van dissociatie: mensen kunnen af en toe weg zijn, voor een bepaalde tijd niet meer in de realiteit. Het lijkt dan alsof zij zichzelf in een film zien acteren. Dissociatie is een vluchtmechanisme om de emoties onder controle te houden. Het treedt meestal op als de stress te veel wordt.

Deze persoonlijkheidsstoornis kan beginnen in de adolescentie of vroege volwassenheid en uit zich in meerdere levensdomeinen; soms verbetert ze met het ouder worden. Te onderscheiden comorbide stoornissen zijn angststoornissen zoals gegeneraliseerde angststoornis en sociale fobie, stemmingsstoornissen zoals depressie en dysthymie, eetstoornissen en middelenmisbruik.

Het ondersteunen vraagt om voortdurend niet veroordelende verbinding en nabijheid, maar toch kaderend. Presentie.